De hoge toren van Bedrog
L
ied
Bellerophon, hoofdstuk 20
“De hoge toren van Bedrog, stond lachend in het water
Heel het dorp was overstroomd, de monniken wat later
’t Is de Toetaar zijn schuld, zei één
Die is toch wreed en heel gemeen
Niet waar, de adel was te zuur
Die vond bescherming veel te duur
Het water dacht, Toetaar of niet, we kunnen ook wel zonder
De hoge toren van Bedrog, die ging kopje onder“
Recent Posts